Roadtrip Noorwegen - dag 15 en 16

24 september 2021 - Flåm, Noorwegen

Dag 15

De laatste dag in Bergen. Ik moet zeggen dat ik het supererg naar mijn zin heb gehad in Bergen. Het is een erg mooie stad, met ontzettend veel dingen om te doen. Daarnaast heb ik veel leuke mensen mogen leren kennen in het hostel. Maar aan al het moois komt een eind: om me nog een beetje aan mijn ambitieuze route te kunnen houden, was het wel noodzakelijk dat ik vandaag naar mijn volgende bestemming zou vertrekken. Gelukkig is de volgende bestemming Flåm: een dorpje dat zo’n 170 kilometer, of 2.5 uur rijden, verderop ligt. Dit maakte het mogelijk om ’s ochtends nog even Bergen in te gaan, om dingen te kunnen zien waar ik de afgelopen 2 dagen geen tijd voor heb gehad. Bij het ontbijt besloten Jeroen en ik onze scooters van de vorige dag te gebruiken om de stad in te gaan, waarna we vervolgens onze eigen weg op konden gaan. Voordat we naar de stad konden vertrekken, moest ik echter nog wel naar de supermarkt naast het hostel. De combinatie “hiken op de koude Trolltunga – weinig vitaminen binnenkrijgen – constant “aan” staan – veel fysieke dingen ondernemen – en in 2 weken meer mensen ontmoeten dan in de afgelopen anderhalf jaar bij elkaar” is erg bevorderlijk voor het ontwikkelen van een verkoudheid. De afgelopen 2 dagen heb ik geloof ik iedereen op mijn slaapzaal wakker gehouden met mijn hoest (nogmaals sorry daarvoor, ik voel me oprecht heel schuldig) en mijn neus zit inmiddels ook goed voel. Maar het ergste van alles vind ik nog de schrale lippen. De combinatie van de koude wind, felle zon en het ademen door mijn mond (aangezien mijn neus dicht zit) had ervoor gezorgd dat mijn lippen er inmiddels uitzagen – of in ieder geval voelden – als de Salar de Uyuni (zoek maar op). Ik kan dus met zekerheid zeggen dat het opsmeren van mijn net gekochte Lypsyl (Noorse Labello) het geluksmomentje van mijn dag was.

Unicum van deze dag: Jeroen en ik zijn in 1 keer goed gereden van het hostel naar het centrum van Bergen. Geef ons 764 kansen en het lukt ons! Na afscheid te hebben genomen, ben ik naar de Rasmus Meyers straat gelopen, vlak bij het centraal station van Bergen. Ik verwacht dat deze straat naar Rasmus Meyer is vernoemd vanwege zijn grote donatie kunstwerken aan 1 van de musea die aan deze straat zijn gevestigd. Met 1 kaartje – van omgerekend ongeveer 10 euro – kun je 4 van de musea aan deze straat bezoeken. Besef even: een biertje is even duur als toegang tot 4(!) verschillende museums. Aangezien 1 museum die dag geen tentoonstelling had, werd voor mij echter de toegang beperkt tot 3 museums, maar alsnog. De eerste waar ik heen ging, bevatte een tentoonstelling van het werk van een Franse schilder: Cézanne. Best grappig om te bekijken, maar de tentoonstelling was relatief klein en eerlijk gezegd was ik niet heel erg onder de indruk van het werk van Cézanne. Hier was ik dan ook binnen een half uur uitgekeken. Het tweede museum had een tentoonstelling volledig toegewijd aan de (Noorse) zee. Ook best indrukwekkend, vooral de progressieve kunstwerken en filmpjes met betrekking tot overbevissing en diepzeemijnbouw. Toch had ik – onbewust – het beste voor het laatst bewaard: het laatste museum bevat een permanente collectie van verschillende kunstenaars die is geschonken door de nabestaanden van Rasmus Meyer na zijn dood. Een deel van deze collectie bestaat zelfs uit werken van Edvard Munch. Al ben ik zelf iets meer fan van het realisme in plaats van het surrealisme of het expressionisme, de werken van Munch blijven indrukwekkend om te zien. Het eerste deel van de tentoonstelling vond ik echter het mooist: die bestaat uit de werken van een aantal schilders die (onder andere) de Noorse natuur ontzettend goed hebben weten vast te leggen. Na 2 weken rondreizen in Noorwegen heb ik inmiddels best veel verschillende landschappen gezien en al deze landschappen (en meer) kwamen terug in de werken van deze schilders. Bij sommige schilderijen leek het alsof ik er zelf bij was. Ik weet dat foto’s (net als bij de echte landschappen) niet kunnen weergeven hoe het er in het echt uitziet, maar ik ben koppig en blijf het toch proberen. Dus hierbij ook wat foto’s.

Toen ik eenmaal na het derde museum weer buiten stond, was het een uur of 2 en besloot ik terug te gaan. Ik nam mijn vijfde illegale bus in 3 dagen en stond zo’n 20 minuten later bij het hostel. Na nog even naar de supermarkt te zijn gegaan om iets voor de lunch te halen, vertrok ik richting Flåm. Met mijn afspeellijst (die ik na deze vakantie niet meer kan luisteren, aangezien ik hem inmiddels van binnen en buiten – en achterstevoren – ken), lekkere snacks en – again – indrukwekkende uitzichten, vlogen de 2.5 uur zo voorbij. Flåm is een klein dorpje, gelegen tussen 2 bergketens in. Dit maakt de uitzichten natuurlijk geweldig en het dorpje zelf is ook best aandoenlijk. Ik slaap in een hostel, maar heb wel een eigen slaap- en badkamer. Het enige wat dit hostel een hostel maakt, is de gezamenlijke keuken en wasgelegenheid. De supermarkt bevindt zich op 5 minuten lopen en aangezien mijn immuunsysteem nog steeds niet helemaal op orde leek (no shit, Sherlock), besloot ik weer een gezonde maaltijd te maken. Pasta it is, maar wel met veel groenten (champignons, courgette en tomaatjes). Na het eten heb ik het rustig aan gedaan en aan mijn blog geschreven. Aangezien het weerbericht van de dagen die volgden niet heel optimistisch was, besloot ik de volgende dag pas te bepalen wat ik zou gaan doen.

Dag 16

Toen ik opstond, bleek dat het weer er goed uitzag (in ieder geval voor die ochtend). Ik besloot mijn verblijf in het hostel met een dag te verlengen en de Flåmsbana te ontdekken. Dit is de trein die je binnen een uur van Flåm naar Myrdal brengt. Volgens internet is het één van de steilste treintrajecten ter wereld (met een stijging van 865 meter over 20 kilometer lengte – bedankt Wikipedia) en het is ook – onder andere vanwege de uitzichten – een populaire toeristische attractie in Flåm. Ik merkte vooral aan mijn oren dat de spoorlijn zo steil is; wanneer je naar buiten kijkt, merk je het niet echt. De uitzichten zijn weliswaar fantastisch. Tussendoor stopt de trein ook nog bij een waterval, waarbij je naar buiten kan om wat foto’s te maken.

Eén halte voor het eindstation ben ik uitgestapt (in Vatnahalsen), omdat ik het plan had opgedaan om via een andere manier dan de trein terug naar Flåm te gaan. Ik ging namelijk ziplinen en mountainbiken! Tussen Vatnahalsen en Kårdalen is een zipline van zo’n 1380 meter lang en 300 meter hoog aangelegd. Voor omgerekend 75 euro kun je via deze zipline naar beneden en maakt de medewerker van de organisatie ook nog wat foto’s voor je. Voor nog iets meer geld kun je vervolgens in Kårdalen een mountainbike huren om terug te fietsen naar Flåm. Dit is wel nodig, aangezien Flåm zo’n 15 kilometer verderop ligt. Al is het grootste gedeelte bergafwaarts, ik moet zeggen dat ik blij was met mijn mountainbike zodat ik dat stuk niet hoefde te lopen. Natuurlijk deed ik veel langer over de 15 kilometer (bergje af) dan zou moeten, aangezien ik zo’n 83 keer ben gestopt om van het uitzicht te genieten en foto’s te maken. Onderweg kom je veel watervallen en riviertjes tegen en (vraag me niet hoe of waarom, maar) het water in deze omgeving is zo helder en blauw: alsof je op de Malediven bent. Het laatste deel van de route ging het helaas een beetje regenen, maar deze meid was op alles voorbereid en trok dit keer haar poncho wel op tijd aan. De combinatie “poncho en mountainbike” is alleen een beetje een onfortuinlijke. Om te zorgen dat de poncho niet vast kwam te zitten in de ketting van de fiets, moest ik het onderste gedeelte continu vasthouden, wat niet bevorderlijk was voor het drooghouden van mijn broek. Maar we zijn in ieder geval veilig (en met een natte broek) beneden gekomen!

Eenmaal aangekomen in Flåm kun je je fiets bij de haven neerzetten, zodat de organisatie deze later kan ophalen. Terug in het hostel heb ik een poging gedaan om mijn blogachterstand van 5(!) dagen weg te werken (niet helemaal gelukt, maar we komen er wel). Ik moet zeggen dat ik het – na zo’n 7 dagen omringd te zijn door verschillende mensen en drukte – fijn vind om weer even op mezelf te zijn. Het is ontzettend leuk om nieuwe mensen te leren kennen en samen dingen te ondernemen, maar ik ben blij dat ik nu weer even mijn rust kan pakken. Die avond heb ik het eten van de vorige dag (genoeg voor het hele weeshuis van Annie) opgewarmd en een avondje Netflix gekeken. De volgende dag zou een lange autorit inhouden, dus het leek me een goed idee om bijtijds te gaan slapen. Wanneer je echter de nieuwe serie Squid Game ontdekt, betekent dat een paar uur bingewatchen, waardoor ik nog niet echt op tijd ging slapen.

Dingen die ik heb geleerd:

1.      In een zipline is het mogelijk dat de wind je kantelt en je (bijna) 180 graden omdraait. Dit waren ze van tevoren even vergeten tegen met te zeggen.

2.      Een museum bezoeken met mijn hoest is niet heel bevorderlijk voor de rust en regelmaat die museums horen uit te stralen.

3.      Bussen in bergen hebben oplaadpunten, zodat je je telefoon kan opladen.

Museum

Museum 3

Museum 4

Museum 2

Museum 5

Zipline 2

Zipline

Flam

Flam 2

Foto’s

3 Reacties

  1. Annemieke:
    24 september 2021
    De verbazing over de schoonheid van Noorwegen en specifiek ook vanuit dat treintje deel ik met je. Je geniet er duidelijk optimaal van, goed bezig!,
  2. Esther:
    25 september 2021
    Ha merel
    Wat een fantastische reis en een heerlijke beslommeringen en observaties over alles wat mooi en anders is in Noorwegen!
    Dank voor je verslag, zo word je als lezer vanzelf fan van dit mooie land!
    Esther
  3. Gerdina:
    26 september 2021
    Wat is het weer een geweldig verslag, je zou er zo zelf naartoe willen gaan.